De Westfälische Dachsbracke is terug te voeren op een zeer oude brakken vorm, die is ontstaan door kruising van hoogbenige brakken met dashonden. Het is een kleine hond met een matig langgerekt maar krachtig lichaam. De schofthoogte is 30 tot 38 cm. De dichte en grove beharing is meestal driekleurig. Deze dasbrak is een vriendelijke jachthond met een goede neus en een grote passie voor sporen. In huis is hij rustig en kindvriendelijk. De Westfälische Dachsbracke wordt overwegend gebruikt voor de luide jacht op haas, vos, konijn, wild zwijn en in de laatste jaren ook reewild, waarbij hij door onze Oosterburen wordt ingezet tijdens drukjachten op grofwild in grootschalige gebieden.